Edwin van de Baan groenteboer op de Steenstraat
We hebben afgesproken bij zijn buren: Grand café de Metropole, voor het gesprek. Edwin woont zelf in Westervoort maar is na winkelsluiting nog vaak in het Spijkerkwartier te vinden. Als voorzitter van de ondernemersvereniging van de Steenstraat was hij gisteren nog bij een bijeenkomst in de Lommerd. Zo is er wekelijks voor hem nog iets in onze wijk te doen.
Groente en fruit
Edwin vertelt dat hij in 1973 geboren is in Eerbeek en via Brummen met het gezin in 1979 in Westervoort terecht is gekomen. De H.A.V.O deed hij op het Thorbecke Lyceum hier in de wijk. In het gezin werd na Edwin als oudste kind, nog een broer en een zus geboren en veel later nog een broer. In de zomer dat het jongste broertje werd geboren ging het gezin niet op vakantie. Als dertienjarige vond Edwin voor die zomer een vakantiebaantje bij de groenteboer in Westervoort. Zoals hij vertelt: “Dat vond ik meteen geweldig; het contact met de mensen, het verkopen en ook het uitventen van groente en fruit”. De H.A.V.O werd steeds minder interessant en hij besloot in de 4e klas daar mee te stoppen en naar de Middelbare Tuinbouwschool in Nijmegen te gaan. Zijn ouders waren daar niet echt blij mee. Vader werkte bij de sociale dienst van de gemeente en moeder in de thuiszorg.
In het familiebedrijf van die groenteboer, werkte Edwin ook tijdens zijn opleiding door. Zoals hij zelf zegt; “Mooi werk en ik had ook al snel geld in mijn kontzak”. Toen hij opgeroepen werd voor militaire dienst kon zijn baas aantonen dat hij inmiddels onmisbaar was geworden voor het bedrijf. Op zijn 23ste trad hij fulltime daar in dienst. “Ik kom er nu nog over de vloer, het voelt als familie”.
De wijde wereld
Doordat hij al jong zijn eigen geld verdiende kon Edwin vroeg veel van de wereld zien; Zuid-Afrika, Rusland, Guatemala, Mexico, Belize, IJsland en China, om maar eens wat te noemen.
Vooral naar dat laatste land wil hij graag nog terug. Hij vertelt heel enthousiast over de VPRO serie 'Langs de oevers van de Yangtze': “Als ik dat zie dan wil ik zo terug”. En “Ik raad iedereen aan om -als het geld en de gelegenheid er is- over de wereld te reizen en zijn blik te verruimen. Ik heb bij wijze van spreken de bananen die ik verkoop zelf aan een boom zien hangen”.
Sinds hij de zaak van Derkzen over heeft genomen is het van lange reizen niet meer gekomen. “Het lukt gewoon niet om vrij te nemen. Ik geniet nu enorm van een weekendje weg met mijn familie of een avondje naar de schouwburg gaan”. Met een groepje ook solo reizende mannen en één vrouw, die hij jaren geleden op vakantie heeft ontmoet in Istanbul, houdt hij nog contact. “ Heel bijzonder en kostbaar is het de klik die we meteen met elkaar hadden, en nu nog hebben. We zien elkaar nog steeds een paar keer per jaar”.
Het dorp en de stad
Groenteboer Derkzen van de Steenstraat zocht na 40 jaar een opvolger voor zijn zaak en vond deze in Edwin. ”In de basis een zelfde dorpse setting maar dan in de stad”. Dat klikte en na een jaar in dienst te zijn geweest heeft hij 9 jaar geleden de zaak over genomen. “Derkzen komt nog steeds een paar keer per week in de zaak een praatje maken”.
De middenstanders op dat stuk Steenstraat werken heel prettig samen, “ Het is ook uniek dat je de bakker, slager, groenteboer, kaasboer en bloemenzaak bij elkaar hebt zitten: dat versterkt elkaar en daar is iedereen zich ook van bewust. De bakker haalt voor zijn broodje gezond de sla, kaas, eieren en beleg bij de buren op de Steenstraat en niet bij de Makro”.
Oproep
Zestig van de ongeveer tachtig winkels op de Steenstraat zijn aangesloten bij de ondernemersvereniging die Edwin nu noodgedwongen bijna in zijn eentje runt.. Het blijkt heel moeilijk om mensen te vinden die, naast hun drukke eigen werk, zich voor de ondernemersvereniging nog in willen zetten.
Echt gepassioneerd wordt Edwin als het gaat om het in stand houden van het gezellige dorpse en kneuterige sfeertje op de Steenstraat; “ Daar hebben de buurtbewoners het ook vaak over maar dan moeten ze ook in onze winkels met enige regelmaat iets komen kopen. Ze moeten het ons gunnen. Ik snap best dat mensen voor bepaalde boodschappen naar de grotere en misschien goedkopere winkels gaan, maar hoe ziet de wijk er uit als de winkels op de Steenstraat het niet redden? Kijk maar in de dorpen hoe slecht het daar gesteld is met het winkelbestand, dat moeten we toch hier niet willen? Ik zet me met de ondernemersvereniging ook in voor de wijk en ben bij activiteiten in de wijk aanwezig om te laten zien dat het mij interesseert wat er in de wijk gebeurt.
We maken met elkaar de samenhang en de sfeer in de wijk; de bewoners en de middenstanders samen”.
Overlast en de menselijke maat
De dorpse sfeer staat toch al vaak onder druk: “Je hebt op de Steenstraat een dag publiek; die doen bijvoorbeeld boodschappen, of lopen van het Velperpoortstation de stad in, werknemers van bedrijven die een broodje komen kopen en dan is er het avond publiek: mensen die van de sportschool komen, een borrel drinken met elkaar in een café, uit eten gaan of nog een boodschap komen doen. En daarnaast ook nog het nacht publiek: wat eigenlijk niets goeds in de wijk te zoeken heeft. Vaak dealers, verslaafden en daklozen.
De sfeer is dan veel dreigender dan overdag. Veel ondernemers moeten 's ochtends hun portieken schoonmaken om de viezigheid van het nacht publiek te verwijderen voordat de dag klanten komen.
Er is veel positieve sociale controle tussen de winkeliers: “We houden bij elkaar een oogje in het zeil en spreken overlast gevers aan op hun gedrag. Ik probeer irritante junks en bedelaars op straat nog van een menselijke kant te zien. Ik zie ze de hele dag, elke dag en de buurtbewoners zien ze maar af en toe en dat is maar goed ook. Aan de andere kant is het ergens wel mooi zo'n smeltkroes in één straat; er loopt vaak van alles wat door elkaar heen.” Met de wijkagenten en de hulpverlening wordt intensief samen gewerkt om het allemaal binnen de perken te kunnen houden.
Happy Single
“ Ik kan gaan en staan waar ik wil en dat bevalt me prima. Ik hoef me ook niet schuldig te voelen dat ik veel van huis ben en mijn schildpad en kanarie redden zich prima thuis zonder mij” zegt Edwin. “Nooit de juiste persoon tegen gekomen om tot over mijn oren verliefd op te worden en dat lijkt hoe ouder ik word ook steeds minder waarschijnlijk. Na een hele dag werken en mensen zien en spreken, ben ik blij als ik thuis rustig op de bank kan gaan zitten en met een glaasje wijn nog een film -maar in iedere geval iedere dag het journaal- rustig kan bekijken. Vrijdags spreek ik de week nog even door met buurman Leo en de jongens die daar werken en ik ga zo nog even bij mijn vader langs. Genoeg aanspraak en meer dan genoeg te doen.
Ik zorg prima voor mezelf: eet twee keer per dag warm, lekker aardappelen, groenten, vlees met jus of saus en dwing mezelf iedere dag fruit te eten (lacht). Ik voel me prima en ik zie wel wat de toekomst mij nog brengt !”
tekst: Trudi Hendriks ( met dank aan Foeke Galema)
foto's: Privé bezit Edwin van de Baan en Rien Meijer.